Het gelukszoekerssyndroom

Het zit in ons DNA. Onze hersenen zijn er op voorgeprogrammeerd. De synapsen in ons brein zijn zo gemaakt, dat we knetteren van geluk bij het ervaren van plezier. Daar willen we meer van. En nog meer. En nog meer. Het stopt niet. We worden er allemaal door bezeten: het gelukszoekerssyndroom. Syndroom? Is het dan een ziekte? Goeie vraag!

Als je het op deze manier bekijkt, is het juist interessant om te kijken naar hoe het in godsnaam mogelijk is om geen verslaving te hebben. Het meer willen van iets, is zo menselijk als het maar zijn kan. Sterker nog: het is het dierlijke in ons. Biologisch gezien logisch. In tijden van schaarste helemaal prima, nuttig zelfs en broodnodig voor de overleving van onze soort. In tijden van overvloed kan ditzelfde programma echter voor de nodige problemen zorgen.

Geluk is hip. Je kunt geen vrouwenblad openslaan zonder de ene na de andere opleiding, coach, retraite, yogahouding te vinden die gericht is op geluk. Als vrouw word je doodgegooid met volzinnen zoals: 'Geluk is het enige dat zich verdubbelt, als je het deelt'. 'Geluk zit in de kleine dingen'. 'Ongeluk zit in een klein hoekje en geluk dus in de rest van de wereld'. Massa’s vrouwen die de zinnen uitknippen en op de koelkast hangen. Of liever nog, op een plankje schilderen en in de woonkamer ophangen. 'Hier huist geluk'.

Tegelijkertijd is er soms iets geks aan de hand. We vinden het namelijk verrekte moeilijk om gewoonweg gelukkig te zijn. Ons hart open te zetten en… Laat maar komen! Veel meer tijd zijn mensen kwijt met de vraag: 'Is dit het nou? Moet er niet meer bij? Of misschien iets af? Nog even die deadline halen? Als de kleine op de basisschool zit, dan…'

Met geluk is iets geks aan de hand. Het blijkt helemaal niet samen te hangen met geld, een dure auto. Toch streven mensen daar soms naar. Het blijkt niet pas te beginnen als je met pensioen bent. Toch denken we dat. Sommige mensen denken dat ze geluk moeten verdienen. Een erfenis van een voorgaande generatie. Andere mensen denken dat geluk uit de lucht komt vallen. En dat ze moeten wachten tot dat gebeurt, klaar moeten staan om het dan op te vangen. En dan leven ze nog lang en gelukkig.

Mensen die ooit een verslaving overwonnen hebben, weten hoe het werk. Het zit hem niet in de afwezigheid van moeilijkheden. Het zit hem niet in perfectie, of dat het altijd maar goed met je gaat. Het zit hem in durven dragen van alles wat er is. Je handen open houden, met ogen dicht soms en maar laten komen wat komt. Erbij zijn, bij de makkelijke momenten die je sky-high kunnen brengen van plezier. En erbij zijn bij de moeilijke momenten en maar voelen hoe dat voelt.

Geluk is durven leven met heel je hart.

Durf jij, zelfs als het regent, of het dak lekt, of er is geen wereldvrede, domweg gelukkig te zijn?

Reageer reacties (0)
LEES MEER...