In de kliniek had ik de tijd van mijn leven. Voor het eerst in mijn voelde het alsof er een mogelijkheid was op een normaal leven. Ik ging lekker op meditatie en yoga, vond de meetings fijn (op dat irritante geknuffel na) en dook volledig onder in de 12 stappen. Uren schreef ik in het stappenwerkboek en ik raakte met elke zin die ik schreef er meer van overtuigd dat ik het zou gaan redden.

Het klonk allemaal zo logisch. Machteloos staan tegen over je verslaving, accepteren dat je het niet alleen kon doen en hulp ontvangen. Het waren open deuren en het was zo vanzelfsprekend dat ik niet begreep dat ik dit zelf niet had bedacht.

En toen kwam ik bij stap 3. ‘We made a decision to turn our will and our lives over to the care of God as we understood Him.’ Kortsluiting! God? Er is geen God. Ik raakte in paniek. Ze willen dat ik in God geloof. Ik wist wel dat het allemaal te mooi was om waar te zijn. Volle paranoia, hakken in het zand.

Nadat ik een paar dagen had zitten mokken werd het een counselor te veel. Tijdens een procesgroep waarin ik voor de zoveelste keer begon te schoppen tegen stap 3 zei hij dat ik anders even in de Maas moest gaan liggen om te zien of er inderdaad geen grotere kracht was dan ikzelf. Daar had ik niet van terug. Die simpele opmerking liet me inzien dat het universum niet om mij draait. Maar waar draait het dan wel om? Ik ging lezen over zwarte gaten, de relativiteitstheorie, de snaartheorie en kwam tot de conclusie dat zelfs de grootste wetenschappers veel konden verklaren maar het (nog) niet voor elkaar kregen om een antwoord te vinden op alle vragen. Sterker nog, alle vragen die werden beantwoord leverden tien nieuwe vragen op. En daarachter, zo ontdekte ik, zit God.

In het dagelijkse leven werkt dat voor mij als volgt. Ik heb de waarheid niet in pacht, en ik heb zeker niet alle antwoorden. Ik weet niet wat God is en dat is prima. Wel weet ik dat zij werkt via talloze lieve mensen om mij heen en dat ik alleen maar hoef te luisteren. Soms lukt mij dit, soms ook niet. Maar het belangrijkste wat ik heb geleerd is dat het valt of staat bij mijn bereidwilligheid om open te staan voor de mensen om mij heen. Een verslaafde alleen is in slecht gezelschap.

Daar weet ik alles van.

Reageer reacties (0)
LEES MEER...