De zin en onzin van goede voornemens

Het nieuwe jaar nadert. Dat betekent dat veel mensen weer goede voornemens gaan maken. Niet ‘het voornemen iets aan je verslaving te doen’. Dat is geen voornemen; hiervoor ben je behandeld. Wat houdt een voornemen wel in? En in hoeverre heeft het zin, goede voornemens maken?

Deze Jolly Good Fellow-rubriek verscheen in december 2016 in Lef Magazine. 

Tekst: Laura Mennen

Het maken van goede voornemens voor een nieuw jaar is eeuwenoud. Vierduizend jaar geleden deden Babyloniërs aan het begin van het jaar beloftes aan hun goden om geleende spullen terug te brengen en om schulden af te betalen. Vandaag de dag staan goede voornemens vooral in het teken van je lichaam en leefstijl: twee keer per week sporten, stoppen met snoepen et cetera.

Goede voornemens maken klinkt als een goed plan; je laat de slechte gewoontes van het afgelopen jaar achter je en begint met een frisse start. We kiezen er juist voor om het nieuwe jaar te starten met nieuwe gewoontes omdat dat duidelijkheid schept. Wij, mensen, zoeken naar overzicht en het nieuwe jaar met goede voornemens starten is voor ons een duidelijk keerpunt.

Makkelijker gezegd dan gedaan
Afgelopen jaar geloofde 83 procent van de Nederlanders dat ze hun goede voornemens konden volhouden. Toch bestaat er ook iets als Blue Monday of deprimaandag. Marketeers noemen de laatste maandag van januari zelfs de ‘meest depressieve dag van het jaar’. Op deze dag voelen veel mensen zich neerslachtig; de vakantie is nog ver weg, je bent weer aan het werk en er is niets terecht gekomen van je goede voornemens. In 2014 had 17 procent van de mensen met goede voornemers hun doel behaald.

Hoe kan het dat we onze goede voornemens opgeven? Het is vaak makkelijk gezegd als je iets anders wil in je leven. Gezond eten, meer vrienden, meer vrije tijd. Van deze behoeftes kun je makkelijk een doel maken, maar het wordt pas haalbaar als je weet hoe je die doelen gaat bereiken. Daarvoor moet je je goede voornemens meetbaar maken en ze opbreken in tussenstappen. Bijvoorbeeld: ik wil vijf kilo kwijt. Daarvoor moet ik twee keer in de week sporten.

De periode tot je de kilo’s kwijt bent, kan lang zijn. Je hebt vaak een sterkere behoefte aan een beloning op korte termijn (onmiddellijke behoeftebevrediging). De overbruggingstijd wordt vaak vergeten in te plannen, waardoor je nauwelijks of geen beloning op korte termijn hebt. Als je die beloning op korte termijn niet snel krijgt, zorgt dat voor frustratie. Het volhouden van je doel wordt dan minder leuk en de kans op afhaken is groter. Kortom, waai een dagje uit op het strand als je twee kilo kwijt bent of ga shoppen!

Een portie wilskracht
Goede voornemens laten slagen is mogelijk. Je hebt er alleen een flinke portie wilskracht voor nodig. Een hoeveelheid die je, volgens een onderzoek van Stanford University, eigenlijk niet aankan. Daar zit ook het verschil tussen het stellen van goede voornemens en het herstellen van een verslaving. Verslaving is een aandoening en heeft daarom niks met wilskracht te maken. Voornemens maken is dat niet.

Het voorste gedeelte van de hersenen, de prefrontale cortex, is verantwoordelijk voor onze wilskracht, maar onder meer ook voor het vasthouden van je concentratie en het verwerken van je korte termijn geheugen. Een goed voornemen is daarom vaak te veel gevraagd. Gelukkig kun je wilskracht trainen. Uit onderzoek blijkt dat onder meer rechtop zitten en staan zorgt voor meer wilskracht. 

Volgens Klaartje Schepers, psycholoog bij Trubendorffer, is het behalen van voornemens gekoppeld aan coping vaardigheden, de manier waarop je omgaat met stress en problemen. Vaak is het verslavingsgedrag een manier geworden om met stress en problemen om te gaan, dus in herstel kom je dan alternatieve vaardigheden tekort. Het leren van nieuwe vaardigheden is dan ook onderdeel van de een cognitief-gedragsmatige verslavingsbehandeling.

Zin of onzin?
Je kan je afvragen waarom we überhaupt aan goede voornemens doen, als het bij de meesten mislukt. Het komt doordat we elke keer weer de hoop hebben dat het de volgende keer anders zal zijn en dat het ons wel lukt. Helaas is de werkelijkheid anders. Moeten we er dan mee doorgaan? Het kan juist belangrijk zijn om bij de start van het herstel goede voornemens te maken. Of je tijdens de jaarwisseling of op een willekeurige dag start, maakt dan helemaal niets uit. Een goed voornemen betekent dat je iets anders van jezelf wil. Je wil gedragsverandering, gezonder leven. Bovendien beheersen wij, als verslaafden in herstel, door de cognitieve therapie de vaardigheden om ons beter aan onze goede voornemens te houden.

5 tips om je goede voornemens te laten slagen:
- Denk goed na over je doel. Waarom wil ik dit behalen? Is het meetbaar? Is het realistisch? Heb ik een bepaalde motivatie of drijfveer?
- Doe het voor jezelf en niet voor een ander. Je kan wel willen afvallen met het idee dat mensen je leuker vinden. Maar dat is niet het juiste voornemen. Je kan ook afvallen omdat je dan makkelijker beweegt en je fitter voelt. Dat is veel motiverender
- Maak je grote doel kleiner door het op te breken in tussenstappen
- Vier elke tussenstap die je haalt. Zo krijg je die beloning op korte termijn, zonder dat je het lange termijn doel behaald hebt
- Is het toch niet gelukt je aan je goede voornemen te houden? Begin meteen opnieuw en wacht niet tot volgend jaar

Bronnen: Klaartje Scheperes, psycholoog bij Trubendorffer en Theo Tempelaars, casemanager bij Yes We Can Clinics

Reageer reacties (0)
LEES MEER...