Legaal een online gokje wagen

Wie nu thuis op zijn tablet of pc een potje pokert, is overgeleverd aan de grillen van buitenlandse bedrijven. In ons land is online gokken namelijk illegaal. Voormalig staatssecretaris Teeven wilde daar verandering in brengen. De staatskas loopt hierdoor namelijk miljoenen euro’s mis. Daarnaast is volgens het kabinet gokverslaving alleen te verminderen als online gokken legaal kan. De Tweede Kamer gaat binnenkort in debat over het wetsvoorstel.

(Dit achtergrondartikel verscheen in april 2015 in Lef.)

Door: Anne van den Berg
Illustratie: Neeltje Geurtsen

In 2011 werd het aantal online gokkers in Nederland naar aanleiding van het onderzoek ‘Gokken in Kaart’ geschat op ongeveer 257.500. Andere onderzoeken schatten het aantal online spelers nog hoger in. Een bloeiende markt dus, maar in tegenstelling tot veel andere Europese landen is gokken nog altijd niet legaal in Nederland. De kansspelenwet stamt namelijk nog uit 1964. Vanzelfsprekend werd er in die tijd nog geen rekening gehouden met het wereldwijde internet. In het regeerakkoord van Rutte-Asscher is opgenomen dat het kansspelbeleid wordt gemoderniseerd: online kansspelen zouden gereguleerd moeten worden. Dat draagvlak komt volgens het kabinet in de eerste plaats voort uit de zorg dat mensen nu onbeschermd spelen en duizenden online gokkers aan hun lot worden overgelaten. Legalisatie zou die gokkers in kaart brengen. Door online monitoring worden risicospelers dan kritisch gevolgd en eventueel aangesproken op hun gedrag. Probleemgokkers kunnen worden doorgeleid naar de zorg. Dat de staat straks (áls het er komt) bakken met geld verdient door licenties te verkopen en belasting te heffen op de aanbieders, wordt als neveneffect gezien.

Wetsvoorstel
Ex-staatssecretaris Fred Teeven ontwierp de afgelopen jaren een wetsvoorstel dat het kansspelbeleid zou moderniseren. Hoewel het nog zeer de vraag is of de wet er daadwerkelijk doorheen komt - het debat zal de komende maanden in de Tweede Kamer plaatsvinden -  konden geïnteresseerde aanbieders zich vanaf 1 december vorig jaar al melden bij de Kansspelautoriteit in het kader van voorregistratie. Die heeft geen concrete waarde of verplichting, maar bestaat puur om een indicatie te krijgen hoeveel partijen de online markt willen betreden.  Na de eerste twee weken stond de teller al op 130 inschrijvingen en volgens een woordvoerder van de organisatie is dat aantal sindsdien alleen maar gegroeid. Ook internationale bedrijven die nu al in andere Europese landen opereren melden zich aan. Of al die partijen daadwerkelijk de Nederlandse markt op willen, moet nog maar blijken en zal geheel afhankelijk zijn van de voorwaarden die nog worden bepaald. Het kabinet is nu bezig met het opnieuw vormgeven van het wetsvoorstel, zodat de Tweede Kamer er de komende maanden over in debat kan gaan. Dat belooft een pittige discussie te worden, want de politieke partijen zijn zeer verdeeld. Tegenstanders van de legalisering zijn onder andere de SGP, ChristenUnie en SP, onder andere vanwege de angst voor meer gokverslavingen. PvdA, D66 en de VVD zijn voor legalisatie, omdat het huidige beleid volgens hen niet meer van deze tijd is en liberalisering nodig is. Dat het er definitief komt, is nog lang geen gewonnen race.  Bovendien zijn er nog heel veel losse eindjes over hoe het straks precies in zijn werk zal gaan. De Raad van State reageerde in juli vorig jaar in ieder geval kritisch op het wetsvoorstel van Teeven. Volgens de Raad wordt legalisering alleen een succes als genoeg aanbieders en spelers van de illegale markt overstappen naar de legale markt, en als maatregelen om gokverslaving tegen te gaan doeltreffend zijn. De Raad ‘concludeert dat niet op voorhand overtuigend is aangetoond dat het voorstel in dit opzicht effectief en handhaafbaar zal zijn.’

Legalisatie
Op het gebied van consumentenbescherming, veiligheid en financiële transacties zijn de meesten het er wel over eens dat legalisatie een goede zaak is. Mensen die nu spelen via internet zijn in feite vogelvrij en lopen grote kans opgelicht te worden door niet-Europese gokbedrijven in Azië, Afrika of het Caribische gebied waar een vergunning in tien minuten geregeld is. Het voordeel van legaliseren is dat er dus toezicht kan komen op de wijze waarop de aanbieder het spel aanbiedt. Daarnaast is er natuurlijk nog het omvangrijke preventiegedeelte. Hoe worden risicospelers straks precies in kaart gebracht en doorgeleid naar zorg?  Rolf Slotboom is van het Centrum voor Verantwoord Spelen (zie kader). Hij legt uit wat er is verzonnen ter preventie van gokverslavingen: ‘Je speelt straks door middel van een zelf opgesteld spelersprofiel. In dat profiel stel je onder andere in hoe vaak en met hoeveel geld je wil spelen. Als je over die grenzen heen gaat krijg je meldingen en als het vaker gebeurt word je benaderd door de aanbieder. Die houdt je speelgedrag dus in de gaten en kan je indien nodig doorverwijzen naar de verslavingszorg.’ Naast het spelersprofiel is het ook de bedoeling dat er op iedere pagina van een gokwebsite een link staat naar de risico’s van gokken. Je inzet verhogen kan straks niet à la minute, maar pas na een (zelf ingestelde) wachttijd. Slotboom: ‘De aanbieder heeft straks dus een verregaande zorgplicht. Hij houdt door middel van algoritmes in de gaten wat je (eventueel riskante) speelgedrag precies is. Juist online kan je zulke dingen heel goed detecteren.’

Operators trainen?
Maar wanneer ga je nou een grens over? Als je twee keer je inzet hebt verhoogd? Of als je een week lang iets vaker speelt omdat je vakantie hebt? En word je dan gebeld of gemaild? Zulke vragen zijn allemaal nog onbeantwoord en juist de pijnpunten in het politieke debat straks. Want vanaf welk punt is het de verantwoordelijkheid van de één (speler), en vanaf welk punt dat van de ander (aanbieder)? Yvonne Hendriks is manager training en coaching bij Roderconsult, een onderdeel van Novadic Kentron en maakt zich zorgen over het komende beleid. ‘Straks ligt alle verantwoordelijkheid bij de operators – de mensen aan de ‘achterkant’ van de websites. Zij monitoren gegevens maar de vraag is hoe goed zij daadwerkelijk getraind zijn in het signaleren van opvallend en risicovol gedrag. In de hallen zie je nog hoe vaak iemand speelt en wat voor soort gedrag die persoon vertoont. Die persoon kan daar op aangesproken worden. Maar als iemand achter z’n computer zit op een bovenkamertje, wanneer trek je dan aan de bel?’ Hendriks gelooft dat operators zoveel mogelijk van mens op mens contact moeten houden met de klant, in een zo vroeg mogelijk stadium. ‘Hoe eerder je erbij bent, hoe beter. Als je iemand laat aanmodderen dan zijn die mensen echt alles kwijt. Dan is het drama compleet.’ Volgens Hendriks heeft een telefoontje altijd nut. Je zet iemand aan het denken omdat je schijnbaar in de picture bent. ‘Zo’n operator kan vragen hoe het met diegene gaat en voorstellen je in contact te brengen met iemand die er veel van weet en diegene kan helpen.’ Hendriks heeft ook haar bedenkingen bij het spelersprofiel. ‘Dan zit je al meteen op glad ijs. Je kan straks moeiteloos voorafgaand aan het gokken aangeven dat je vijf uur per dag wilt gokken met een maximum van duizend euro per dag. Dan heb je wel je grenzen gesteld, maar het probleem is dat verslaafden juist dáár grote moeite mee hebben. Bij ons zouden de alarmbellen al meteen gaan rinkelen als iemand zegt vijf uur per dag dat geld te willen verspelen. Maar zo’n persoon valt straks dus niet op bij de aanbieder.’

Tom Robert Jonker (20) gokt al vanaf zijn twaalfde. Eerst online en vanaf zijn achttiende ook in gokhallen, totdat hij erachter kwam dat hij gokverslaafd was en hulp nodig had. Hij denkt niet dat telefoontjes van aanbieders hem destijds had tegengehouden: ‘Als je verslaafd bent dan ga je toch wel door. Dat is hetzelfde als met drugs. Ook dan werken waarschuwingen niet. Je moet altijd zelf wíllen stoppen.’

Monitoring
Online monitoring wordt door velen gezien als een voordeel, omdat je juist online veel gegevens kunt verzamelen over het speelgedrag van een speler. Maar is die zorgplicht wel besteed aan een commercieel bedrijf met dubbele belangen waarvan er eentje (geld verdienen) misschien zwaarder weegt? Sytze Kingma is wetenschapper aan de VU Amsterdam met als expertisegebied globalisatie van gokbedrijven en sceptisch over het online monitoren: ‘Cijfers over speelgedrag scheppen alleen de illusie van beheersbaarheid. In de praktijk grijpen aanbieders pas in als spelers zelf aan de bel trekken.’ Kingma is überhaupt kritisch op de regulering. Zijn grootste beweegreden daarvoor is dat harde cijfers over de gehele breedte ontbreken. Er is simpelweg nog nooit onderzoek naar gedaan. Kingma: ‘We weten nauwelijks iets over de online markt. Als we dat niet eens in kaart hebben, hoe weten we dan welke maatregelen werken? Er wordt met andere woorden een groot risico genomen. Nu vertrouwt de overheid nog te veel op zelfregulering en wordt er blind gevaren op gokbedrijven en verslavingszorg. Eigenlijk is het een formalisering van de bestaande illegale praktijk.’ Zijn advies is om aanbieders te dwingen tot een resultaatverplichting. Bedrijven die niet kunnen aantonen hoe effectief hun preventie is, zouden van de Nederlandse markt geweerd moeten worden.

Preventiefonds en CRUKS
Naast de zorgplicht van de aanbieders komt er ook een Preventiefonds Kansspelen. Aanbieders dragen dan 0,5% af om te voorkomen dat mensen in de problemen raken. Wie dat fonds gaat beheren, hoeveel er nodig is en waar het precies naartoe gaat is nog onduidelijk. Eerdergenoemde  wetenschapper Kingma ziet het Preventiefonds echter eerder als een afkoopsom dan dat het exploitanten stimuleert tot preventie. Een ander onderdeel van het wetsvoorstel is het Centraal Register Uitschrijving Kansspelen (CRUKS). Het gedeelte wat de minste weerstand oproept is de vrijwillige uitsluiting. Een speler geeft dan zelf aan dat het niet zo goed met diegene gaat, en belandt op een lijst zodat diegene zes maanden niet kan spelen. De discussie gaat meer over het andere gedeelte: ook onvrijwillige uitsluiting zou onderdeel worden van CRUKS. Allereerst opmerkelijk natuurlijk, omdat een aanbieder dan zijn eigen klant (en in dit geval ook een hele goede afnemer) uitsluit. Gaat dat ook echt gebeuren? Daarnaast is de kans groot dat die speler zich weer op het illegale vlak gaat begeven. Met als gevolg dat die speler alsnog helemaal uit beeld is.

Meer kennis nodig
Het ministerie kijkt internationaal gezien naar de ‘best practises’ van andere landen. Met name Engeland, België en Denemarken – waar online gokken al gelegaliseerd is - worden kritisch gevolgd. Maar omdat de zorgsystemen per land verschillen, is vergelijken niet altijd even nuttig. Mede dankzij het Centrum voor Verantwoord Spelen  komt er straks een nulmeting zodat er beter inzicht komt hoeveel mensen er nu daadwerkelijk spelen en hoe groot de problematiek nou eigenlijk precies is. Wetenschapper Kingma beaamt dat dat hoognodig is. ‘Een goede regulering maakt helder onderscheid tussen de verantwoordelijkheden van verschillende partijen en is ook gebaseerd op een goede inhoudelijke probleemanalyse. Dat wil zeggen dat regulering gebaseerd moet zijn op gedegen kennis. Aan beide voorwaarden is nu nog niet voldaan.’

Aanvullend interview:
Bas Brons is bestuurslid van AGOG Nederland en counseler bij SolutionS met als specialisatie gokverslaving.

Ben je voor of tegen legalisatie van online gokken?
‘Ik heb gemengde gevoelens. Ze verkopen het onder het mom van beter monitoren en reguleren, terwijl het uiteindelijk gewoon om het grote geld gaat. Het feit dat ze willen legaliseren begrijp ik goed vanuit de invalshoek van consumentenbescherming. Maar je geeft daarmee als overheid een signaal dat gokken heel normaal is. Voor de groep die daar gevoelig voor is, is het gewoon te gevaarlijk. Ik weet wel dat het een kleine groep is, maar ik spreek namens die groep en dus zie ik het liever niet gebeuren. Maar ik denk dat het er toch wel komt, want geld wint het uiteindelijk altijd. Maar dan kan het maar beter goed geregeld zijn. Dat is nu nog niet het geval.’

Waarom niet?

‘Waarom ligt de zorgplicht bijvoorbeeld bij de aanbieder? Ik vind dat een hele gevaarlijke. Je houdt altijd een spanningsveld tussen zorgplicht en omzet. Als iemand iedere dag geld in het laatje brengt, waarom zou je ze dan de toegang weigeren? Ik stel voor dat de zorgplicht wordt uitbesteed aan een onafhankelijk bureau. Zij kunnen beoordelen of een speler wel of geen probleem heeft. Het moet vanuit de juiste motivatie gebeuren. Nu gaat het nog teveel om winst.’

Heb je concrete ideeën voor een betere preventie?
‘Ik denk dat het weinig zin heeft om te legaliseren, als je ook nog illegaal kan spelen. Anders heeft CRUKS ook geen enkel effect. Dus illegale aanbieders moeten keihard aangepakt worden. Een idee daarvoor is dat banken actiever worden in het beleid. Nu laten banken het nog toe als een persoon wel elke week duizend euro overmaakt naar Unibet, maar niet zijn hypotheek betaalt. Als een site illegaal is, dan moet wellicht een bank meewerken door bijvoorbeeld transacties te blokkeren.’

En aan de spelerskant?
‘Ik maak me zorgen dat zelfs mensen onder de achttien jaar online kunnen gokken. Want door andermans legitimatie te gebruiken als minderjarige kan je straks rustig online gokken. Wat mij een goed idee lijkt, is dat voordat je überhaupt online kan gokken, je een account aanvraagt. Het wachtwoord voor dat account moet je ophalen bij een postkantoor op vertoon van je legitimatie. Daarmee sluit je jongeren onder de achttien uit van deelname. Nu is het nog veel te makkelijk.’

Aanvullend interview:
Robin Linschoten is werkzaam bij Stichting Online Gaming Nederland. Deze brancheorganisatie voor online kansspelaanbieders wil online kansspelen reguleren in de meest ruime zin. 

Hoe hoog hebben jullie de preventie van gokverslaving op jullie lijstje staan?
‘Preventie is een van de redenen waarom er gereguleerd moet worden. Toen we met STIOG begonnen, moesten alle stakeholders die toe wilden treden onze Positon Paper tekenen. In dat document staan een aantal uitgangspunten, waaronder de noodzaak van verslavingspreventie. Daarnaast zorgt regulering ook voor bescherming van de consument als het gaat om witwaspraktijken en illegaal geld.’

Wordt gokverslaving een groter of kleiner probleem als online gokken gereguleerd wordt?
‘Kleiner. Vooropgesteld dat de regelgeving daar goed mee omgaat. Want op dit moment worden er dingen genoemd die zogenaamd worden ingezet ter preventie. CRUKS bijvoorbeeld, zal averechts werken. Preventie lukt alleen als dat in alle anonimiteit kan plaatsvinden. Als mensen doorkrijgen dat ze in een centraal register komen met naam en rugnummer dan haken ze snel af en gaan ze weer richting de illegale goksites. En een ding staat als een paal boven water: al die illegale partijen doen helemáál niets aan preventie. De enigen die dan schuddebuikend over straat rollen zijn de mensen van driehoog achter uit het Caribisch gebied, die lak hebben aan alle voorwaarden.’

Is het wel een goed idee dat de zorgplicht straks bij de aanbieders komt te liggen?
‘Ja. Op het moment dat je als aanbieder probleemgedrag constateert, moet je zelf contact opnemen. Als je dat uitbesteedt aan een extern bureau worden mensen alleen maar huiverig. Hun anonimiteit gaat dan verloren omdat informatie wordt doorgespeeld. Er is internationaal onderzoek gedaan naar welke indicatoren wijzen op probleemgedrag. Dat moet nog veel verder worden uitgediept en dan denk ik dat het effectief kan werken vanuit de aanbieders. Verder lijkt het me een goed idee als ze worden gedwongen samen te werken met een GGZ-instelling die als het ware over de schouder meekijkt met de aanbieder.’

Achtergrondinformatie:
Is online gokken eigenlijk verslavender dan gokken in het traditionele casino? Keiharde onderzoeksresultaten ontbreken, maar er zijn geluiden van wel. Want hoe korter het tijdsbestek tussen het plaatsvinden van het spel en de mogelijkheid om nog een gok te wagen, hoe groter het risico op verslaving. Hetzelfde geldt voor de korte tijd tussen het inzetten van geld en het zien van het resultaat. Zo blijft het adrenalinegehalte hoog en is de speler snel geneigd nog een keer te spelen. De drempel om deel te nemen aan online gokken is ook lager. Spelers kunnen namelijk vanuit de huiskamer met een paar eenvoudige klikken deelnemen aan een spel, met vele hogere inzetten dan mogelijk is in een traditioneel casino.

Achtergrondinformatie:

Het Centrum voor Verantwoord Spelen is een onafhankelijke stichting en non-profit organisatie, opgericht als missing link tussen kansspelindustrie en verslavingszorg. Hun focus ligt op verantwoord spelen en voorkomen van kansspelverslaving, met als hoofddoelen preventie, vroegsignalering en toeleiding naar zorg. Het centrum organiseert ook Expert Meetings, waarbij vertegenwoordigers van zorg, politiek en kansspelindustrie met elkaar in gesprek gaan. Onlangs heeft de stichting samen met het Trimbos-instituut en Resultaten Scoren (kenniscentrum over verslaving) een subsidie gekregen van het Ministerie van Veiligheid en Justitie voor het samenstellen van een Informatiepakket Kansspelen.

Reageer reacties (0)
LEES MEER...